Stel je bent getrouwd voor de burgerlijke stand en ook in de kerk met God als getuige. Maar wat als je man of vrouw ineens besluit om naar een andere kerk te gaan en je moet schipperen in de liefde tussen orgel en opwekking? Wanneer je partner gaat naar een gemeente waar God en de bijbel heel anders beleefd worden dan jullie dat samen gewend waren? Hoe vind je elkaar terug wanneer het geloof een obstakel wordt in de liefde?

 

Verschillende geloofsbeleving

Het overkomt Jaap en Esther die vanwege hun verschillende geloofsbeleving steeds verder uit elkaar groeien. De manier van geloof ervaren, bezorgt hun spanning in plaats van verbinding. Steeds vaker komen ze terecht in een sfeer van verwijten aan elkaar.

Esther mailt me een noodkreet. Nu zij en haar man door het geloof steeds verder van elkaar verwijderd raken, betwijfelt ze of haar huwelijk nog wel klopt. “Vormen we geen ongelijk span”?, vraagt ze zich af, verwijzend naar bijbelteksten die waarschuwen tegen een huwelijk tussen gelovigen en ongelovigen. Zou het kunnen dat haar man zijn geloof is verloren?

 

Orgel of opwekking?

Esther – opgegroeid zonder God – komt tot geloof vlak voordat zij Jaap ontmoet. Na hun trouwen bezoeken ze samen een evangelische gemeente waarin Esther zich helemaal kan uitleven. Elke zondag zingt en danst ze vol overgave voor de Heer. Jaap vindt het prachtig. Zijn Esther, een prachtvrouw, vurig en vol van geloof. Hij geniet ervan haar te zien opgaan in de dienst van aanbidding.

Zelf is Jaap vanuit zijn traditionele achtergrond veel minder uitbundig. Hij vindt God meer in de stilte, het overpeinzen van de preek, een bijbelstudie op zijn tijd en zonder al te veel expressie. Hij is gelovig, maar niet met de intensiteit zoals zijn vrouw die ervaart en uitdrukt.

Het is in die verschillende beleving dat ze elkaar volkomen kwijtraken. Esther verwacht dat Jaap thuis de geestelijke leiding zal nemen door dagelijks zijn bijbel te lezen en te bidden. Liefst hardop en samen met haar. Maar dat lukt Jaap niet. Hoe meer Esther er bij hem op aandringt een leidende rol op zich te nemen, hoe meer hij zich in het nauw gedreven voelt. Het komt zelfs zo ver dat hij helemaal niet meer de kerk wil bezoeken. Zolang het geloof tussen hem en Esther leidt tot ruzie, zet hij ook zijn band met God maar op een zacht pitje. Zo raakt het stel niet alleen in een relatiecrisis, maar komt Jaap persoonlijk terecht in een geloofscrisis.

Geen ongelijk span

Tijdens de gesprekken die volgen op de eerste noodkreet leren Jaap en Esther al gauw dat ze helemaal geen ongelijk span zijn, maar dat ze werkelijk met elkaar verbonden zijn in de naam van Jezus. Beiden houden ze van God, alleen beleven ze dat op een heel andere manier. Je zou kunnen zeggen dat ze zich beiden bevinden in een ander deel van het veelkleurige spectrum dat God omvat: de één uitbundig, zichtbaar en hoorbaar expressief; de ander ingetogen, devoot en overpeinzend. De een niet meer of beter, maar vooral anders.

In een kwetsbaar en eerlijk gesprek durft Jaap aan te geven dat hij zich overweldigd heeft gevoeld in de kerk die hij al jaren met Esther bezoekt. Alhoewel hij geniet van Esther’s enthousiasme mist hij voor zichzelf ruimte voor devotie en reflectie. Temidden van alle halleluja’s en opwekkingsliederen is hij het contact met God verloren. Hij kan zijn behoefte aan rust en ruimte verwoorden naar Esther en voor zichzelf een belangrijk besluit nemen om het tij te keren. In zijn eentje zal hij weer de bijbel bestuderen en God in stilte zoeken in gebed.

 

Contact met God

Jaap zal niet langer wachten tot de relatie weer hersteld is, maar eerst het contact met God weer zoeken en die betrekken bij het herstel van zijn relatie. Een belangrijke stap in zijn eigen geloofscrisis en een dappere stap in geestelijk leiderschap voor zijn relatie met Esther.

En Esther? Die heeft vol ontroering geluisterd naar de woorden van haar man. Wanneer hij is uitverteld, springt ze vreugdevol op: “Yes”, roept ze. “Dit is de verhoring van al mijn gebeden! Dank u Heer. Uw naam zij geprezen!”

 

Ruimte voor allebei: traditioneel en evangelisch geloven

Mijn man en ik hadden Jaap en Esther kunnen zijn. En misschien jullie ook wel. Orgel en opwekking. Hoe ga je ermee om wanneer je elkaar niet meer kunt vinden in het geloof? Het belangrijkste is dat je elkaar de ruimte geeft om anders te zijn en elkaar vooral niet veroordeelt. Geloven is zo persoonlijk en intiem; aan de mate van enthousiasme of expressie aan de buitenkant kun je niet zien hoe diep het geloof van je partner gaat.

Ga met elkaar in gesprek wanneer je zelf door een geloofscrisis gaat of je je zorgen maakt over het geloofsleven van je partner. Alleen door je – net als Jaap – kwetsbaar op te stellen en samen te praten over wat er in je omgaat; je behoeften, je hoop en je twijfels kun je weer naar elkaar toegroeien en stappen zetten in geloof.

Tot slot: wees flexibel en creatief. Als een van beiden zich niet meer thuis voelt in de gemeente of kerk waar jullie samen naar toegaan, kun je op zoek gaan naar een andere kerk waar jullie beiden je kunnen thuisvoelen. Lukt dat niet: accepteer dan van elkaar dat je beiden een andere gemeente of kerk bezoekt en zorg ervoor dat je af en toe een keer met elkaar meegaat om bij elkaars ervaringen betrokken te blijven.

Meer lezen zoals dit? Download hier het gratis E-Book RePair relatietips

 

Dit artikel verscheen eerder op 7 maart 2020 in de rubriek Thuis van de weekendbijlage van het Friesch Dagblad.

Liefde tussen orgel en opwekking